Uienbrand (Urocystis cepulae)

Uienbrand is een probleem bij direct gezaaide uien in gematigde klimaatzones.

Symptomen
In de kiemlobben en de eerste bladeren zijn zwarte plekken of banden zichtbaar. Vaak zijn deze plekken iets opgezwollen. Later scheuren ze open en komt er een massa zeer fijne sporen uit. Aangetaste planten blijven achter in groei en sterven bij een zeer zware aantasting binnen enkele weken af. De symptomen blijven het hele seizoen zichtbaar en uiteindelijk zal ook de bol geïnfecteerd worden. Laesies op bollen zijn vaak een invalspoort voor verschillende secundaire pathogenen die rot veroorzaken.

Ontwikkeling en infectie
De schimmelsporen kunnen tot 15 jaar in de grond overleven. De zeer fijne sporen worden gemakkelijk verspreid door wind, water en machines. Ook besmet plantmateriaal zorgt voor verspreiding. Uien zijn in het algemeen alleen de eerste drie weken na kieming vatbaar voor de ziekte. Na deze periode treedt resistentie op. Nieuw gevormde bladeren zijn echter ook korte tijd vatbaar. Is een plant eenmaal aangetast dan zet de ziekte door. De sporen kiemen tussen de 10 en de 22ºC, daarboven neemt de activiteit snel af.

Voorkomen en bestrijden
Gebruik op besmette percelen plantmateriaal of plantuien; zij zijn niet meer vatbaar voor de ziekte.

(Bron: De Groot en Slot B.V. “Belangrijke plagen en ziekten in uien”)